Régis hield vanaf het moment dat hij in dienst ging een soort van dagboek bij. De laatste notitie is gemaakt op 25 februari 1945, de dag van zijn fatale laatste vlucht. Dit dagboek zal de komende weken steeds aangevuld worden.
Het dagboek begint met zijn vluchturen;
EFTS
20 december 1941 –
SFTS
1 augustus 1942 –
Medecine Hat –
1940
12 juni verlaat Parijs
19 juni aangekomen in Juéthary
24 juni St. Jean de Luz, vertrek middernacht naar Engeland
1941
18 maart 1e verlof –
29 juni A.C.R.C. London-
17 juli I.T.W. Oxford
27 augustus A.C.R.C. Londons –
26 september 19 jaar!
08 oktober I.T.W. Newquary Cornwall
01 december verlof –
20 december 1e crash –
1942
03 januari 1e solo vlucht in een Tiger Moth*
10 februari crash spinning op solo vlucht
18 febrauri verlaat ziekenhuis –
18 april eindig E.F.T.S. –
05 juni 6 dagen verlof
11 juni Wilmslow
13 juni Glasgow
27 juni New york
28 juni Moncton –
03 juli 3 weken verlof –
30 juli ga naar Medicine Hat
01 augustus S.F.T.S. ( Service Flying Training School) Medicine Hat
26 augustus 1e solo vlucht Oxford
20 september 1e nacht solo vlucht
26 september 20 jaar!
24 oktober verlaat Medecine Hat voor 7 dagen verlof naar Vancouver
03 december wings diner
04 december ik heb mijn wings gekregen om 11.20 pm
07 december afscheidsfeestje in Ottawa
09 december aangekomen in Moncton
30 december draag mijn officiers uniform voor de 1e keer –
zal Moncton verlaten op 4-
6 juni 1944
Gisteravond, 5 juni, heeft men ons laten weten dat wij zijn aangewezen om de ontscheping te dekken, die deze ochtend plaatsvindt. Opstaan om 02.00 uur, daarna ontbijt. De ontscheping vindt plaats van Havre tot Bayeux en Cherbourg. Men start om 04.00 uur. Een groot aantal schepen en vliegtuigen. Hevig DCA. Men keert terug om 05.45 uur, maar het feest gaat door.
9 juni 1944
Wij maken verschillende uitstapjes per dag. Alles verloopt goed.
14 juni 1944
Tegen het eind van de missie tussen Caen en Bayeux heeft mijn motor niet genoeg luchtmengsel om het maximale toerental te bereiken en ik vraag toestemming om te landen op de landingsstrip van Ver-
15 juni 1944
De C.O. (Commanding Officer, de commandant van de eenheid) stuurt mij op een speciale missie naar Isigny om . . kazen te zoeken…..
7 september 1944
Mijn eerste verlof in Parijs ! Aangekomen op Bourget, ga ik naar huis in een fietstaxi. Een ontmoeting, te emotioneel om ook maar te kunnen beschrijven ! Na vier jaar, wat is het fijn om hen weer te zien, om zo’n ontvangst te krijgen ! God, wat is het goed om weer bij elkaar te zijn. Iedereen praat tegelijk . . . iemand zei: “Life is bearable as long as you know that there is ‘somebody who cares for you’”. How true ! (Het leven is dragelijk zolang je weet dat er iemand is die om je geeft. Hoe waar is dat !) Ik zie Parijs vanuit dezelfde nieuwe hoek als ik Normandië gezien heb. De mensen zijn gelukkig, maar gespannen; de meisjes prachtig. De geluiden, de blijheid, een irreële atmosfeer in deze bevrijde stad. Geen warm water, geen electriciteit, weinig transportmiddelen. Het leven is hier heel duur, werkelijk veel duurder dan in Engeland, maar vooral . . . iedereen lijkt zo gelukkig !
17 december 1944
Grote Duitse druk in België (de tegenaanval in de Ardennen, NdA); zo gaat het leven ! En ik ben nog steeds hier om op de “doodle bug” te jagen ! Ik heb zo’n zin om terug te komen in de operaties op het continent. Ik probeer alle systemen in werking te zetten om me bij mijn jachteenheid aldaar te voegen. Men belooft me veel, maar geen enkel resultaat. Zal de oorlog eindigen zonder dat ik in de strijd kan terugkeren ?